Biologische landbouw in Nederland en de EU
- U bevindt zich hier:
- Home
- Blog
- Biologische landbouw in Nederland en de EU
Een tijdje terug heb ik een workshop bijgewoond van het Ministerie van LNV. Het onderwerp was: ‘Meer biologisch in de horeca.’ In de praktijk was het veel breder dan dat. Samen met beleidsmedewerkers van het ministerie en de provincie, de ketenorganisatie Bionext, de sectorvereniging Bioforum en ruim 20 bedrijven die actief zijn in de biologische markt hebben we tijdens interactieve sessies gebrainstormt over hoe we het aandeel biologisch in Nederland kunnen vergroten. In dit blogartikel lees je over wat biologische landbouw is. Verder bekijken we de huidige en de gewenste situatie van biologische landbouw in Nederland en hoe die zich verhoudt tot de rest van Europa.
Wat is biologische landbouw
Tijdens de workshop werd duidelijk dat biologisch en lokaal door consumenten vaak in één adem worden genoemd. Het een heeft echter niks met het ander te maken. Iets wat lokaal geproduceerd is, is niet per definitie biologisch. En wat is lokaal? In mijn ogen een breed te interpreteren begrip.
Dus laten we even inzoomen op biologisch. Biologische landbouw streeft naar duurzaamheid en werkt in harmonie met de natuurlijke systemen. Het doel van biologische landbouw is om gezonde voeding te produceren, de impact op het milieu te verminderen, de bodemvruchtbaarheid te behouden en de biodiversiteit te beschermen. Dit wordt onder andere bereikt door:
- Geen gebruik van synthetische chemicaliën: Bij biologische landbouw is het gebruik van kunstmatige meststoffen, herbiciden, pesticiden en andere chemische stoffen verboden.
- Bodemgezondheid en vruchtbaarheid: Biologische landbouw legt de nadruk op het behoud en de opbouw van een gezonde bodem. Naast het gebruik van organische meststoffen, vruchtwisseling, groenbemesting en het vermijden van bodemerosie.
- Dierenwelzijn: Bij biologische landbouw wordt veel aandacht besteed aan het welzijn van dieren. Vee krijgt ruimte om te grazen, heeft toegang tot buitenlucht en wordt gevoed met biologisch geteeld voer. Het gebruik van preventieve antibiotica en groeihormonen is verboden.
- Biodiversiteit: Biologische landbouw streeft naar het behoud en de bevordering van biodiversiteit. Dit omvat het behoud van natuurlijke habitats, het stimuleren van inheemse planten- en diersoorten en het vermijden van genetisch gemodificeerde gewassen.
Biologische landbouw in Nederland en de EU
Op dit moment is Nederland één van de slechtste jongetjes van de Europese klas. Met een aandeel van 4% biologisch landbouwareaal staat Nederland op een magere 23ste plek in de EU.
De gestage groei die veel Europese landen laten zien in de afgelopen jaren moet een signaal zijn voor Nederland om niet nog verder achterop te raken. Er zijn ambities, dat zeker. Maar er is veel werk te doen. De Nederlandse overheid wil dat in 2030 15% van het landbouwoppervlak voor biologische landbouw wordt gebruikt. Dit is nog altijd veel minder dan de Europese doelstelling van 25% in 2030.
Kijken we naar absolute cijfers, dan zijn Frankrijk, Spanje, Duitsland en Italië in 2020 samen goed voor 59% van de Europese biologische landbouwgrond. Niet zo gek, aangezien het landen met een groot oppervlak zijn. Procentueel gezien is Oostenrijk met een aandeel van 26% biologisch landbouwareaal ten op zichte van hun reguliere landbouw veruit de koploper.
Hoe nu verder voor Nederland
Tijdens de workshop van het Ministerie van LNV werd het mij duidelijk dat Nederland heel serieus is in het bereiken van de doelstelling. Het is een proces van de lange adem, waarbij de status quo van de betrokken partijen doorbroken moet worden. Niet naar elkaar kijken, maar samen actie ondernemen:
- De keten: breid het aanbod biologisch uit in de retail.
- De consument: maak wat vaker een duurzamere keuze.
- De politiek: maak het interessanter voor zowel de keten als de consument door onder andere prijs nivellering.
Vrije marktwerking is goed, maar er zal enige mate van regulering plaats moeten vinden om de sprong van 4% naar 15% biologische landbouw te kunnen maken.
Wat we ook moeten doen is leren van anderen. Waarom gaat het in andere landen beter? Wat doen zij anders? Praat met deze landen en gebruik deze kennis om te groeien. Het werkbezoek aan Denemarken van een Nederlandse delegatie is hier een mooi voorbeeld van. Ook de Deense biologische goeroe Paul Holmbeck van de belangenorganisatie Organic Denmark is ervan overtuigd dat Nederland kan leren van Denemarken. "Denemarken heeft biologisch omarmd. We hebben supermarkten geholpen om biologische producten zichtbaar te maken in de schappen en om naar klanten te communiceren waarom het goed en gezond is. Er is geen reden waarom het jullie niet zou lukken," aldus Holmbeck.
Conclusie
De EU is een dynamische biologische markt met duidelijk variërende groeicijfers per land. In bijna alle landen zijn er positieve ontwikkelingen gaande met betrekking tot biologische landbouw. Innovaties, politiek beleid gefocust op biologische groei en een toenemende vraag onder de Europese concument voor duurzamere voedselproductie van hoge kwaliteit. De 'Farm-to-Fork' strategie van de Europese commissie ziet biologisch als een belangrijke sector in het behalen van de Green Deal's voedselambities. Het veelomvattende 'Boer-tot-Bord' programma moet eraan bijdragen de impact van de Europese voedselproductie op het milieu en het klimaat te verminderen.